Doel 4
Kleinschalig in gebruik nemen
Wat houdt dit doel in?
Na alle voorbereidingen is het tijd om de technologie voor het eerst te gaan gebruiken. Dat doe je op één of enkele locaties, in het klein. Je bereidt de gebruikers goed voor, organiseert een startmoment en begeleidt het eerste gebruik. Tijdens het gebruik houd je bij wat goed werkt en wat niet. Daarna evalueer je samen met betrokkenen, pas je waar nodig werkprocessen aan en verwerk je de geleerde lessen in de praktijk. Aan het eind bespreek je de resultaten met je opdrachtgever, die op basis daarvan besluit of je doorkunt met de grootschalige ingebruikname.
Wat bereik je met dit doel?
Het belangrijkste dat je met dit doel bereikt, is het besluit om wel of niet verder te gaan met de technologie. Het eerste gebruik laat zien wat wel en niet werkt. En of de technologie de gewenste resultaten oplevert. Kijk hiervoor naar je vooraf opgestelde doelen en meetbare uitkomsten. Maar ook of het aan de hand van de nieuwe werkprocessen gelukt is om anders te gaan werken.
Waarom is dit doel belangrijk?
Je kunt alleen in de praktijk ontdekken of je aanpak werkt en of de technologie aan de verwachtingen voldoet. Alleen dan kan je opdrachtgever straks een goed doordachte keuze maken om de technologie wel of niet grootschalig in gebruik te nemen.
Onderdelen binnen dit doel
4.1 Starten op eerste locatie(s)
De technologie wordt ingezet
Aan de slag
4.2 Evaluatie van kleinschalig gebruik
Effectiviteit en impact van technologie beoordelen
Aan de slag
4.3 Geleerde lessen toepassen op eerste locatie
Breng je geleerde lessen in de praktijk
Aan de slag
4.4 Besluitvorming over grootschalig in gebruik nemen
Besluiten over verdere implementatie en uitbreiding
Aan de slag